Bokila: "Ik zag met eigen ogen hoe een gebouw werd gebombardeerd"
Jeremy Bokila speelde in Nederland voor AGOVV en Sparta. Nu speelt hij bij Willem II, maar als voetballer heeft hij al héél veel meegemaakt.
China, Qatar, Turkije en de Verenigde Staten speelde hij, maar ook bij Terek Grozny in de Russische deelrepubliek Tsjetsjenië. "Ik zal het nooit meer vergeten dat ik in mijn tijd bij Terek Grozny de avond voor de wedstrijd in het hotel zat. Ik keek uit het raam en zag en hoorde in de verte de geweerschoten", zegt Bokila tegen Voetbal International. "Ik zag daar met eigen ogen hoe een gebouw werd gebombardeerd. Ik dacht bij mezelf: Waar ben ik nu weer beland? Ik heb in mijn carrière dingen meegemaakt waarvan ik soms denk: Was dit het allemaal waard?"
"Ik kwam in een compleet andere wereld terecht", vertelt Bokila. "De club speelde zijn wedstrijden in Grozny, maar we woonden en trainden in een klein dorpje zo’n twee uur verderop. Het was een plek waar ik eigenlijk nog niet dood gevonden wil worden. Het was compleet uitgestorven, maar gelukkig zat ik er samen met Ismaïl Aissati. Op vrijdag vertrokken we vaak voor onze wedstrijden naar Grozny. Het was geen fijne plek om te zijn en op iedere straathoek zag ik een paar soldaten met geweren staan."
Bokila maakte ook kennis met de beruchte dictator van Tsjetsjenië, ook president van de club. "Die bewakers waren van die grote vechtsporttypes, die allemaal een geweer bij zich droegen. Ik was er net, maar de club had vijf wedstrijden op rij verloren. Kadyrov zei toen: Als jullie blijven verliezen, krijgen alleen de nieuwelingen nog hun salaris. Hij vroeg nog: Waarom presteren jullie zo slecht? Komen jullie iets tekort? Niemand durfde ook maar iets te zeggen", besluit hij.